JAN ADAM KRUSEMAN
Levensloop
Jan Adam Kruseman werd geboren in Haarlem als zoon van Jan Alexander (1774-1829) en Dorothea Steenkamp (1769-1844). Vanaf 1819 woonde hij in Amsterdam, met een korte onderbreking tussen 1822 en 1824, die hij doorbracht in Brussel, dat toen nog Nederlands was, en in Parijs. Op 11 mei 1826 trouwde hij met Alida de Vries (9 februari 1799 – 24 april 1862). Uit dit huwelijk werden zeven kinderen geboren: Alexander (2 oktober 1827), Hendrik (29 oktober 1828), Suzanna (26 februari 1830), Hendrik Lambertus (Bertus) (8 april 1831) Jan Theodoor (7 november 1835), Johan Diederik (26 juni 1839), Alida Dorothea Johanna (5 juni 1841), en nog twee kinderen die binnen het eerste levensjaar overleden, Dorothea en Hendrik Dirk. In 1836 werd het gezin nog uitgebreid door de komst van Petrus Augustus de Génestet, die de meest beminde dichter van zijn generatie zou worden. In dat jaar overleed namelijk zijn moeder, Maria Suzanna de Génestet-de Vries, een zuster van Alida de Vries. Aangezien zijn ouders al in 1833 waren gescheiden bleef de kleine de Génestet alleen achter. Jan Adam Kruseman nam zijn neefje van zeven bij zich in huis en voedde hem op als zijn zoon. In 1851 vertrok hij uit Amsterdam: eerst naar Rijsenburg, vandaar in 1854 naar Driebergen en ten slotte in 1856 naar Haarlem, waar hij op 17 maart 1862 op 58-jarige leeftijd is overleden.
Opleiding
Jan Adam Kruseman kreeg zijn eerste tekenlessen in zijn geboorteplaats, maar al in 1819 vertrok hij als 15-jarige naar Amsterdam, waar hij zich inschreef als lid van de Tekenacademie en les kreeg van zijn zeven jaar oudere achterneef, de bekende kunstschilder Cornelis Kruseman (1797-1857). Tussen 1822 en 1824 bekwaamde hij zich in Brussel verder onder leiding van François-Joseph Navez (1787-1869) en Jacques Louis David (1748-1825)
Werk
Jan Adam Kruseman was een veelzijdig schilder van zowel historische als religieuze stukken, maar hij is vooral beroemd geworden door zijn portretten. Onder de in totaal 588 werken van zijn hand zijn ongeveer 500 portretten, voornamelijk van de adel en de gegoede burgerij, waaronder het portret van Alida Christina Assink (1833). Hij heeft ook een aantal portretten van de koninklijke familie gemaakt. Zijn contact met het koningshuis kwam in 1833 tot stand doordat hij in opdracht van Adriaan van der Hoop (1778-1854) een (postuum) portret schilderde van de in 1825 overleden tsaar Alexander I van Rusland. Het schilderij was bestemd voor Anna Paulowna, vrouw van de toenmalige kroonprins Willem II en zuster van Alexander I. Dit leidde ertoe dat hij in 1837 zowel Koning Willem I als zijn zoon kon schilderen. Toen Willem II in 1840, na de troonsafstand van zijn vader, koning werd kreeg Kruseman meteen opdracht voor een staatsieportret. Er zouden nog minstens zes verdere portretten volgen. Wat vooral opvalt in de portretten is hoe duidelijk de voldaanheid en zelfingenomenheid van de personen tot uitdrukking is gebracht en hoe de kleding tot in het kleinste detail is weergegeven.
Maatschappelijke rol
Jan Adam Kruseman werd op 19 november 1830, hij was toen nog maar 26 jaar, benoemd tot directeur van de Koninklijke Akademie van Beeldende Kunsten te Amsterdam. In 1839 behoorde hij tot de medeoprichters van de kunstenaarsvereniging Arti et Amicitiae, samen met A.B.B. Taurel en M.G. Tetar van Elven. Bovendien was hij lid van een groot aantal verenigingen en genootschappen. Minstens 44 leerlingen zijn tussen 1826 en 1848 bij hem in opleiding geweest, waaronder Jozef Israëls. In 1844 werd hij benoemd tot Ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw. In de jaren 60 van de 20ste eeuw is in de wijk Hintham Zuidvan de toenmalige gemeente Rosmalen (sinds 1996 deel van de gemeente 's-Hertogenbosch) de Jan Krusemanstraat naar hem genoemd.
Tentoonstelling
Onder de titel Jan Adam Kruseman 1804 – 1862. De societyschilder van de Hollandse Romantiek vond een overzichtstentoonstelling plaats in Paleis het Loo Nationaal Museum, Apeldoorn, van 4 oktober 2002 tot 26 januari 2003.
In Museum Jan Cunen in Oss was van 14 december 2014 tot 15 maart 2015 een expositie gewijd aan telgen uit het schildersgeslacht Kruseman. De expositie had als titel Kunstbroeders uit de Romantiek. Van 18 april 2015 tot 2 augustus 2015 werd deze tentoonstelling vervolgd in het Stedelijk Museum van Alkmaar.
Bron: Wikipedia.